![]() |
||
![]() |
![]() |
![]() |
© Viagulia VoG | Alle Rechte vorbehalten
De mijn van Rabotrath bestond al in de vijftiende eeuw. In die tijd was "een deel van het woud voorbehouden ten behoeve van het roosten van ertsen, uitgevoerd in de mijn" (Grondal).
Tot de zeventiende eeuw vond de ontginning van de mijn eerder sporadisch plaats. Het werk bestond er meer uit het verzamelen van ertsen dan uit het constante delven ervan. Op dat moment is er nog geen sprake van een echte mijn. De ertsafzetting werd grotendeels aan de oppervlakte gevonden.
Van 1739 tot 1770 wordt de site van Rabotrath op meer systematische wijze geëxploiteerd. Er worden 50 à 60 mijngangen gegraven waaruit 3500 ton erts wordt gedolven: zink, ijzer en lood.
In 1847 neemt de NV Vieille-Montagne de verlaten mijn opnieuw in gebruik. Het bedrijf is er vijf jaar aan de slag, maar delft er nauwelijks meer dan één ton erts en enkele tonnen zwavel op.
Vandaag heeft de natuur er opnieuw haar rechten opgeëist. Zoals op andere plaatsen in de regio is de oude mijnlocatie ook hier in een uitzonderlijk natuurgebied veranderd. Er groeit de zogenaamde zinkflora; die zich aan de zware metalen in de bodem hebben aangepast. De oude mijn van Rabotrath is zo tot een echt juweeltje uitgegroeid.
Identiteitskaart
Gemeente:
Lontzen
Plaats:
Rabotrath
Hoogte:
255 meter boven N.A.P.
Naam:
de oude mijn van Rabotrath
Kenmerk:
de locatie is uitzonderlijk omdat ze duidelijk de overgang van kalkflora naar zinkflora toont
Situering in het Geulbekken:
gelegen aan de Fontenesbach, de zijrivier van de Hohnbach die in Kelmis in de Geul uitmondt
Te bezichtigen
Rue de la Source 22
4850 Plombières / Belgien
Tel.: +32 (0)87 78 32 41
Fax: +32 (0)87 78 32 43